Geld voor samenwerking

De landelijke kerk heeft geld beschikbaar voor gemeenten die nieuwe vormen van samenwerking aangaan. Daarmee wil de kerk gemeenten stimuleren om naar creatieve wegen te zoeken om het werk voortgang te laten vinden. Dr. Klaas Dijkstra deed die mededeling in de blessuretijd van de pastoresmiddag, die de classis Overijssel-Flevoland op 17 juni heeft gehouden.

In zijn samenvatting van de middag benadrukte Klaas Dijkstra, consulent voor het beroepingswerk, het belang van samenwerking tussen predikanten en kerkelijke werkers. Verder gaande vormen van samenwerking past bij de eisen die de kerk in de toekomst aan de pastores stelt, zo maakte hij duidelijk. Mobiliteit van predikanten impliceert dat men over de gemeentegrenzen heen de verantwoordelijkheden oppakt.

Dijkstra verwees naar de reorganisatie die plaatsvindt in het kader van het rapport Kerk-2025. Daarbij past een herwaardering van werkgemeenschap van pastores en ringverband van gemeenten. Een enquête gehouden onder de pastores in Overijssel-Flevoland – waarvan de resultaten tijdens de studiemiddag bekend werden gemaakt – wijst uit dat de zittende pastores de werkgemeenschap het rapportcijfer 7 geven en de ring een 5,2. De werkgemeenschap is naar de mening van de pastores in de classis allereerst een collegiaal verband waarin je met de persoonlijke welstand van de ander meeleeft. Theologische onderwerpen scoren hoog waar het gaat om de invulling van de agenda. De ring heeft wat de pastores betreft een meer praktische functie en dient voor het uitwisselen van ervaringen in de gemeente. Als een pastor advies nodigt heeft, zo blijkt uit het onderzoek, gaat hij of zij allereerst naar een collega van de werkgemeenschap. Hij of zij geniet de voorkeur boven iemand uit de kerkenraad, een gemeentelid of een familielid. (klik hier voor enquête)

Hans van Solkema, preses van de classis, wees in een bijdrage op het belang van de werkgemeenschap. Hij brak een lans voor het stimuleren van de spiritualiteit als pastores onderling; hij liet daarbij zien dat de kerkorde dit element wel kent, zij het mondjesmaat, terwijl het aspect in de enquête ten onrechte niet als keuzemogelijkheid wordt genoemd (klik hier voor bijdrage Hans van Solkema). Henk Spit, voorzitter van het college van visitatoren, legde uit hoe een ring kan aansluiten bij de ervaringen in de eigen gemeente.  Pieter Endedijk verzorgde een werkgroep over het zingen, eerder op de dag een belangrijk bindmiddel voor de gemeente genoemd. Pieter ging met name in op de mogelijkheden het liedboek uit 2013 te gebruiken in huiselijke setting. Hij sloot daarmee aan bij de ondertitel van de bundel ‘zingen en bidden in huis en kerk’.

Het thema van de middag luidde ‘Spiritualiteit van samen’. Elsbeth Gruteke verzorgde een column waarin ze wees op de verbindende aspecten van de social media. Ze maakte duidelijk dat de saamhorigheid een verschillende invulling krijgt, al naar gelang de plaats waar je predikant bent. (klik hier voor bijdrage Elsbeth Gruteke)

Hennie Marsman trok enkele bijbels-theologische lijnen bij het thema. Ze begon bij Genesis, refereerde onder meer aan de binding van Izak (Genesis 22), als er staat dat Abram en Izak ‘te zamen’ de berg opgaan. Het idee dat mensen en God samen optrekken, kom je in het eerste testament niet tegen. Dat is juist de invalshoek van het nieuwe testament. Mensen vormen daar als het ware samen een cirkel om de Eeuwige heen. (klik hier voor bijdrage Hennie Marsman)

Hans Baart was gevraagd om enkele praktisch-theologische opmerkingen te plaatsen. Hij noemde de mogelijkheid het ‘samen’ een plek te geven in de ontmoeting, het gebed en het lied. Hij kreeg veel reacties, toen hij naast de saamhorigheid wees op het conflict, als realiteit. Eén van de predikanten wees er op, dat je pas een conflict kan hebben als er eerst gezamenlijkheid is. Een ander gaf de gedachte in overweging om het conflict te formuleren als mogelijkheid om te groeien. Een derde predikant, een emeritus, noemde de gemeente als zodanig de belangrijkste verschijningsvorm van de gezamenlijkheid. (klik hier voor bijdrage Hans Baart)

De classismiddag voor predikanten en kerkelijk werkers was nieuw. ‘Het is voor het eerst in 25 jaar dat we een dergelijk aanbod doen’, vertelde de classispredikant bij de opening. Hij verwees daarmee naar de jaren negentig, toen er pastoresontmoetingen waren van de provinciale kerkvergadering en de particuliere synode; met de vorming van de protestantse kerk is de provinciale bestuurslaag formeel verdwenen en via de achterdeur van de opschaling van de classis is deze bestuurslaag de nieuwe tussenlaag van de kerk geworden. Er waren ongeveer vijftig bezoekers uit de diverse ringen van de classis. 

Foto: Klaas Dijkstra