Protestantse theologen hebben hernieuwd aandacht voor de persoon van Maria. De verkiezing van het boek ‘Maria, icoon van genade’ van Arnold Huijgen tot theologisch boek van het jaar, onderstreept die interesse. Toen ds. J.H. (Hans) van der Velden tijdens een bijeenkomst van de werkgemeenschap vertelde dat hij een meditatie over Maria ging schrijven, vroegen we hem of we die tekst mochten publiceren. Het is interessant te lezen hoe een voorganger uit een hervormde gemeente (gereformeerde bond) reflecteert over Maria. Hieronder zijn tekst.  

Maria, icoon van genade


Maria zei : ‘Zie, de dienares van de Heere, laat met mij geschieden overeenkomstig uw woord’. (Lukas 1: 38).

Maria. Wat valt in deze weken van advent, bij de geboorte van Jezus en alle eeuwen ook de aandacht op deze vrouw. Met name in de rooms-katholieke kerk en de orthodoxe kerken is dat zo. Soms lijkt Maria een grotere plaats in te nemen in het geloofsleven dan haar Kind. In de protestantse kerken is die aandacht beduidend minder. Maar dat is onterecht. Met name Luther was een liefhebber van Maria. Dat blijkt vooral uit zijn uitleg van haar lofzang, het Magnificat (Lk.1:46-56).”’Als een

gebeurtenis uit de heilsgeschiedenis een gedenkdag waard is dan zeker deze gebeurtenis uit de heilsgeschiedenis: de aankondiging van Jezus geboorte aan Maria en haar reactie daarop (Lukas 1:26-38; 46-56)”. (Arnold Huijgen, Maria, icoon van genade,blz.73).

 

Wat zal de groet van de engel Gabriel en zijn aankondiging, dat zij de moeder van de Zoon van God, die mens, vlees (Joh.1:14) werd, verrast hebben. De eeuwen door is Maria bekend als de Moeder Gods, bijna altijd afgebeeld met haar Kind. Deze groet, begenadigde( Lk.1:28;30) betekent niet, dat Maria zelf vol van genade is. Maar dat zij helemaal ontvankelijk is voor Gods genade in haar leven. Haar Kind moet Jezus, Redder heten.(v31;Matth. 1:21). Hij zal groot zijn en de Zoon van de

Allerhoogste genoemd worden, en God, de Heere, zal Hem de troon van zijn vader David geven . Hij zal over het huis van Jakob Koning zijn tot in eeuwigheid en aan Zijn koninkrijk zal geen einde zijn (vers 32;33). Als Joodse vrouw staat Maria in de geschiedenis van Israël. In haar Zoon gaan eeuwenoude beloften van God in vervulling: 2Sam.7:13-20; Jes.7:14 / Matth.1:21. Het heil van God in haar Kind is in de eerste plaats voor Zijn eigen volk (Lukas 1: 55; 73,74). De volken mogen daarin delen. Daarom moet de Joodse Maria ons bewaren voor alle vormen van Jodenhaat. Dat de Heere nog zijn beloften vervult, mag ook ons bemoedigen en vertroosten.


Hoe zal dat mogelijk zijn, aangezien ik geen gemeenschap heb met een man? is haar reactie (v.34). Maria komt niet met allerlei bezwaren, zoals Zacharias(Lk.1:18), Mozes en Jeremia. Zij noemt zich zelf hier de dienares van de Heere, de eretitel van haar volk en van de Messias (Jes. 42). Maar Maria laat het initiatief helemaal over aan God. ”Laat het maar gebeuren, zoals U het zegt” (v. 38). Met ziel en lichaam stelt zij zich onvoorwaardelijk in dienst van God de Vader door haar bereidheid moeder te worden van Zijn Zoon, in dienst van de Zoon door Hem ter wereld te brengen en van de Heilige Geest, die Gods Zoon in haar lichaam verwekt en haar gewillig maakt in dienst te mogen staan van Gods heilsplan in Hem.


Daarom is Maria het waard, dat vanaf dat moment alle geslachten haar zalig, gelukkig, prijzen (Lukas  1:48). Allen, die met haar haar Kind Jezus aannemen als hun Redder. Om Hem gaat het, niet om Maria zelf, door wie Hij in onze zondige, verloren leven wilde komen. Terecht wordt daarom haar naam genoemd in de belijdenis van de kerk: geboren uit de maagd Maria. Zij gelooft als eerste het evangelie van Gods menswording tot onze zaligheid en herstel van Gods geschonden schepping.

Maria hoort thuis in de kerk, is zij een van ons als de moeder van alle gelovigen. Zij staat daar niet buiten als een vrouw, die maagd is gebleven, zondeloos, een hemelkoningin, medeverlosseres, naar de hemel gevaren, die daar voor ons bidt. Dat doet afbreuk aan het ”Jezus alleen!”

Ook wij worden telkens weer opgeroepen tot levend geloof! Dat wij het Woord van de Heere onvoorwaardelijk laten gelden in ons leven. Wanneer Hij ons wijst op ons zondaar/zondares zijn met alle gevolgen daarvan. Maar ook op Maria’s Kind, Jezus, als onze enige Verlosser van zonden, schuld, Gods toorn en dood, eenmaal uit alle nood in Zijn volmaakte Koninkrijk en ons roept in Zijn dienst. Dat geeft een grote blijdschap in ons leven. Maar wat moet bij ons een weerstand

overwonnen worden.

Kenmerk van heel de geschiedenis van God met Zijn volk is: Want geen ding zal bij God onmogelijk zijn (Lukas 1:37). Denk aan Sara(Gen.18:13-14), Rebekka, de bevrijding uit Egypte, de intocht in het beloofde land, de terugkeer uit de ballingschap, en de terugkeer in het beloofde land in onze tijd. Dat mag Maria ook ervaren. Gaat het om onze zaligheid? Van onze kant onmogelijk. Maar van Gods kant in haar Kind blijde werkelijkheid voor allen ,die door de Heilige Geest op Hem vertrouwen. Een rijke belofte: wat bij ons mensen onmogelijk is, is mogelijk bij God! 

De maagdelijke geboorte onderstreept het unieke van de menswording van de Zoon van God (Lukas 1:35) en Gods trouw aan Israël (Mt.1:21-23; Jes.7:14;Lk.1:56) en in Israël aan de volken. Maria is daardoor niet de zondeloze, de ideale moeder en maagd als een onbereikbaar ideaal. In tegenstelling tot Eva als de seksuele verleidster, zwak en zondig. Zo ontstond een negatief beeld en zelfbeeld van de vrouw, dat via de kerkvaders grote invloed kreeg in de kerk.


Ook in ons niet–christelijke Europa blijft Maria een bepaalde rol spelen. Bij de brand in de Notre Dame begonnen Parijzenaars spontaan het ”Ave Maria” te zingen. Op het hoogtepunt van de coronaepidemie zochten mensen troost bij Maria. De bekende Franse schrijver Houellebecq stelt de vraag: Wat kan Europa doen tegen de islamisering? Biedt het christendom, Maria en haar vroomheid, uitkomst? Terecht is Maria ook het voorbeeld van een krachtige jonge vrouw, die als een profetes durft te dromen van een wereld, waarbij door haar Kind, Gods Zoon, maatschappelijke verhoudingen helemaal op de kop gaan (Lukas 1:52).

ds. J.A. (Hans) van der Velden, IJsselmuiden- Grafhorst. (zie ook Arnold Huigen, Maria icoon van genade, het beste theologische boek van dit jaar).