We troffen elkaar toevallig bij Wientjes in Zwolle. Ik (Klaas van der Kamp) was er in gesprek met een collega. Hij (Marinus van den Berg) kwam er langs voor een gesprek over een boek. Een dag daarna verraste me met een column. Hieronder de tekst van Marinus van den Berg. 

Een stationsplein dat meeverandert

Een regel uit het bekende paaslied van Huub Oosterhuis: licht dat ons aanstoot in de morgen. Gezongen in de Lebuinuskerk in Deventer. Het viel me toe op de dag na Hemelvaart 2022. Enkele dagen na de schietpartij in een basisschool in Texas. Elke dag nieuwe verbijsterende berichten uit het gebied van de Donbas. De oorlog duurt maar aan. Hoe lang duurt deze nacht nog?

Op Hemelvaartsdag zat ik in bomvolle treinen. Ik ging een graf zegenen van een collega die in 2021 was overleden. De corona had de levering van de grafsteen vertraagd. Nu was ze geplaatst en nu mogen we weer samenkomen. We wilden dit moment markeren.

Op de heenweg had ik een pauze ingelast om een koffietje te drinken op het stationsterras van Zwolle. Het is een oase van rust geworden. Een contrast met hoe het was. De stads en streekbussen staan de Windesheim kant, de fietsen staan in de ondergrondse fietsenkelder. Ook de taxi’s zijn verhuisd. De lucht lijkt er schoner. Je wordt als voetganger niet meer bedreigd. Er is een parkje en een vijver. Thorbecke – de staatsman – staat rustig naar het centrum te kijken. Als hij moe van het staan is, kan hij overnachten in het oude gastvrije hotel Wientjes.

Ik was er een dag ervoor nog voor een overleg over een boek met verhalen van nabestaanden van suicide en met beelden van een kunstenaar/geestelijk verzorger: wat zijn bronnen als je leven door dit verlies schokt, was de vraag. En er was in het hotel het geschenk van een hartelijke onverwachte ontmoeting. Ook het plein voor het gerestaureerde stationsgebouw is
een ontmoetingsplaats. Je kunt er op een terrasje zitten. Je kunt kijken naar de mensen die op reis gaan of van een reis aankomen. Er stopt af en toe een auto om iemand op te halen of weg te brengen. Je ziet hoe ze elkaar groeten: vluchtig of intens omhelzend. Twee mensen die Duits spreken beginnen aan een fietstocht door de regio. Tussen al gaan en komen is er rust. De wind en de zon zorgen voor een aangenaam verblijven.

Even is al de pijn en al dat lijden van de wereld, al dat nieuws dat van die pijn bericht, ver weg. Niet dat het er niet is, maar het komt hier wat minder binnen. Hier kun je even anders ademen, anders leven met dat andere perspectief: “dat elke zijn naam in vrede vraagt.” Dat het niet zo is, hoeft niet gezegd, maar dat het een perspectief is moet wel gezegd worden.

Het stationsplein van Zwolle vertelde het me op deze Hemelvaartsdag. Ik werd aangestoten door licht en rust. Pleinen in steden en dorpen vragen om zorg en aandacht. Ze kunnen welzijn brengen als je er tijd voorneemt. Aanbevolen: stationsplein centrumzijde NS Station Zwolle.

Marinus van den Berg, 27 mei 2022

Foto: Marinus van den Berg (rechts) en Klaas van der Kamp treffen elkaar bij toeval in brasserie Wientjes te Zwolle