Tientallen beleggingsstatuten binnen

Er zijn naar schatting inmiddels zo’n 25 beleggingsstatuten voorgelegd aan het classicale college voor de behandeling van beheerszaken. Elke gemeente en elke diaconie of protestantse stichting die vermogen belegt, moet zo’n beleggingsstatuut hebben.

Dat bleek tijdens een bespreking in het classicaal college van Overijssel-Flevoland op 2 november. Elk statuut wordt in beginsel opgesteld door het bestuur van het college en daarna voorgelegd aan de kerkenraad om vervolgens door het CCBB te worden beoordeeld. In een beleggingsstatuut wordt het beleid geformuleerd rond beleggingen. De limiet van wat men wil inzetten is benoemd. En het is ook mogelijk bepaalde investeringen uit te sluiten, bijvoorbeeld beleggingen in wapens en beleggingen in fossiele brandstoffen.

Het CCBB besprak de stand van zaken, omdat er weer enkele concepten waren binnengekomen. Uit ervaring is inmiddels bekend dat de neergaande economie enkele colleges veel geld heeft gekost. Als kerkenraad kan je er zicht op houden, omdat het in de boeken te achterhalen is. Er zijn evenwel nog te veel kerkenraden die er de ogen voor sluiten. In het algemeen zijn er bij de toezichtshouders leden die mensen dat beleggingen van diaconieën so wie so bediscussieert moeten worden.

Als er belegbaar vermogen is, kan je er mee ‘naar het casino’, zei iemand spottend, maar je kan je ook afvragen of je extra in mensen kunt investeren. Talloze diaconieën, die een eigen rechtspersoon hebben en dus een eigen beleggingsstatuut  moeten hanteren, hebben nog als uitgangspunt dat ze het vermogen in stand willen houden, of zelfs willen laten groeien. Het is de vraag of dat een uitgangspunt moet zijn van de diaconieën.

Het CCBB besloot – daar waar het relevant is – het gesprek aan te gaan over de visie op vermogen en op de taak van een diaconie.

Dienstwoning

Een ander thema dat aan de orde kwam, was dat van de verhuur van een pastorie. Er was een vraag binnengekomen of je apart naar de gemeente moet als je een pastorie van een ‘dienstwoning’ een ‘gewone woonbestemming’ wilt geven. CCBB-leden waren van mening dat dat niet het geval is. Het begrip ‘dienstwoning’ heeft te maken met het arbeidsrecht. Het biedt je de mogelijkheid om iemand als huurder uit een woning te laten zetten als een dienstverband ophoudt. Het is niet een formeel begrip wat je zou moeten veranderen op het moment dat er geen predikant meer in de pastorie zal komen en je als kerk de woning in de verhuur doet.