Reinier Gosker schreef een column over de eerste bijeenkomst van het nieuwe
Pastores-Leerhuis van de Classicale Werkgroep Kerk en Israël Overijssel-Flevoland
in het Ontmoetingscentrum van de Gereformeerde kerk te Wierden,
maandag 25 februari 2019. 

Jona in Wierden


'Stel je voor, dacht Jona, dat Ninevé zich wél bekeert. Dan steekt het koppige Israël daar
ongunstig tegen af, en treft Gods oordeel misschien wel zijn eigen volk. Om dat te
voorkomen vluchtte Jona weg', aldus Bart Trouwborst in zijn aan de rabbijnse uitleg
ontleende exegetische aantekeningen bij Elie Wiesels 'Liefde voor de profeten'. Ik wreef
mijn ogen uit en liet bovenstaande zinnen tot mij doordringen: Jona die uit liefde voor zijn
volk het bevel van God negeert?

Ik heb ooit van Arnold van Ruler geleerd dat je als dogmaticus een robbertje met God moet
durven vechten. Of Van Ruler deze stelling aan het Jodendom ontleend heeft, weet ik niet
maar zou me niet verbazen. 'Eens gegeven blijft gegeven' zeggen Joden over de Tora. 'De
uitleg ervan is daarmee niet langer zozeer Gods zaak, alswel de onze'. Nu is Jona
allesbehalve een dogmaticus, hoewel het gelijknamige verhaal in ieder vers bekendheid
veronderstelt met de 'leer', met de Wet en de Profeten. Tóch vecht hij zijn robbertje met
God door in het krijt te treden voor Israël. In de exegetische aantekening van Bart lees ik:
'Men vergelijkt Jona zelfs met Mozes, die bij de zonde rond het gouden kalf ook liever zou
sterven, dan dat Gods oordeel Israël zou treffen'. Jona als een Mozes redivivus?

Mijn oren klapperden. En met die van mij nog dertig andere. De tafels waaraan we zaten
stonden in carré, Bart Trouwborst verscholen achter een stapel Bijbels, Joodse
commentaren en inleidingen op een relatief nieuwe tak van theologische wetenschap,
genaamd 'intertekstualiteit'. Met de pen in de hand, opgetrokken wenkbrauwen en open
mond, luisterden we naar de gedachtegangen die Bart de één na de ander onder woorden
bracht. Een meanderende stroom van exegetische pareltjes, onderbroken door een even
verrassende lunch in het Ontmoetingscentrum van de Gereformeerde Kerk in Wierden.

Ter voorbereiding van de bijeenkomst hadden de deelnemers het hoofdstuk over Jona
gelezen uit de Bundel 'Mijn liefde voor de profeten' van Elie Wiesel. Helemaal nieuw waren
de kanttekeningen van Bart dus ook weer niet. Wiesel maakt bij het schrijven van zijn
profetengalerij gebruik van gegevens uit de Talmoed. Kennis ervan veronderstelt hij bij zijn
lezers niet, zodat iederéén het kan lezen! Het betekent alleen dat je als lezer ongemerkt
over van alles en nog wat heen leest. Tenzij iemand je opmerkzaam maakt. Dat was het
geheim en de kracht van deze eerste bijeenkomst in een reeks van zeven, waartoe de
Classicale Werkgroep Kerk en Israël Overijssel-Flevoland het initiatief genomen heeft. Dit
Pastores-Leerhuis in Wierden telt inmiddels negentien deelnemers, haast allen zijn
predikant of kerkelijk werker behorend tot de Protestantse Kerk in Nederland.

Reinier Gosker