Vrede
Het is vandaag vredeszondag. Vijftig jaar geleden was die zondag populair. We waren blij met de vrede. En we beseften in de koude oorlog dat je hard voor de vrede moet vechten. Toen werd het 1989. De Muur in Berlijn viel om. Wij in het westen dachten dat de koude oorlog voorbij was. Dat was naïef.
De eerste barstjes in de vrede dateren van 2014. Het getouwtrek om Oekraïne begon. Inmiddels woedt er een oorlog die al drie jaar aan de gang is tussen Rusland en Oekraïne. De oorlog kostte afgelopen jaar ongeveer 150.000 doden. Meer nog dan de oorlog in Gaza. De overeenkomsten zijn stuitend. Zowel in Gaza als in Oekraïne heeft de oorlog een eenzijdig karakter. Rusland kan iedere nacht zijn drones op Kiew storten, maar omgekeerd kan Oekraïne Moskou niet bedreigen. Net zoals de Gazanen iedere dag moeten schuilen tegen het geweld en je in Jeruzalem redelijk rustig over straat kunt lopen.
We weten uit ons eigen leven hoe moeilijk het is vrede te handhaven. Ik merkte het een paar dagen geleden. Ik had een afspraak met een bouwvakker om voor 600 euro een klusje te doen bij mij thuis. Maar hij kwam bij me. Het werk viel hem tegen. Er moest 400 euro bij. Ik had de neiging om te zeggen: ‘Afspraak is afspraak’. Ik besefte dat we er samen uit moesten komen, als we de lieve vrede wilden bewaren. Voor 900 euro werden we het eens.
Vrede vraagt dus om inschikkelijkheid van twee kanten. En daar zit ‘m de pijn. Hoe krijg je mensen als Poetin, Trump en Netanyahu zo ver dat ze de ander iets gunnen? David spreekt de bede uit in een van zijn psalmen dat de bergen vrede mogen brengen aan het volk en de heuvels gerechtigheid. Maar wat doe je als die twee niet samen gaan?
Als enkele leiders niet luisteren, kunnen wij gewone burgers niet anders dan het zoeken in saamhorigheid. Daarom liepen er gisteren mensen in Deventer en in Zwolle en in zoveel andere plaatsen mensen mee met de walk of peace, de vredesloop.
Oekraïners vertellen elkaar het verhaal van een jongen die zijn opa vraagt: ‘Opa, wat is vrede?’ Zijn opa haalt een koekje uit de trommel, en breekt het door midden. ‘Hier’, zegt hij, ‘de ene helft is voor jou, de andere voor mij’. De jongen zegt: ‘Maar, dat is gewoon delen’. Opa knikt: ‘Vrede begint met de ander iets te gunnen’.