Verwachten

‘Gelukkig nieuwjaar.’ Misschien ben ik vandaag de eerste die het u toewenst. Vorige week sloten veel kerken het jaar af met het gedenken van de overledenen. Vandaag begint een nieuw jaar. De eerste zondag van Advent.


Dat voelt vreemd. We beginnen niet met vuurwerk. We starten rustig. We zeggen: het echte feest moet nog komen. Kerst komt eraan. God die mens wordt. Dat is zo’n bijzondere gedachte. We moeten aan de gedachte wennen. En dat wennen duurt vier zondagen. Langer dan het kerstfeest zelf.


Wachten, verwachten is een kracht. Het brengt ons op de goede toonhoogte. Het verandert ons. Denk aan verliefde mensen. Zij stappen buiten hun comfortzone om de ander te bereiken. Ze moeten daarvoor eerst moed verzamelen.

Sommige dingen hebben tijd nodig. Omdat ons hoofd, ons gevoel en onze fantasie gaan meetrillen met wat komt. Daarom is het fijn om al lang voor de vakantie te dromen over de reis. Of om bij het kopen van sinterklaascadeautjes al te genieten van het moment dat iemand ze uitpakt.


Wachten laat gedachten rijpen. Met kerst is dat het besef dat God dichtbij ons wil zijn. Normaal is, dat je er alleen voor staat in het leven. Maar Kerst wil zeggen, dat God vorm aanneemt in ons leven. Dat God aan te raken is. En dat je om die aanwezigheid kan vragen. Wie dat oprecht bidt, zal dat ervaren.


Er is een verhaal over een voorganger op het platteland. Het land was droog. De mensen kwamen samen voor een bidstond om regen. De voorganger liep de kerk binnen. Hij keek rond en zei: ‘Niemand van u heeft een paraplu meegenomen. Als u al niet gelooft dat het gebed wordt verhoord, heeft bidden geen zin.’ En hij draaide zich om en vertrok.


De Bijbel vertelt vaak over wachten. Eén verhaal is dat van Zacharias. Hij was priester. Hij deed dienst in de tempel. Hij bad voor zijn volk. Hij bad ook om een kind voor zichzelf en zijn vrouw. Dan gebeurt het onverwachte. Zijn gebed wordt verhoord. Een engel vertelt hem dat. Maar Zacharias twijfelt.


‘Hoe zal ik weten dat dit waar is?’ vraagt hij. En dan krijgt hij een teken. Zacharias durft er niet over te praten. Dan mag hij er niet over praten. Zijn zwijgzaamheid is het teken. Je denkt dan: als hij meteen had geloofd, was hij juichend naar huis gegaan. Voor ons is het verhaal een aansporing. Zoveel als we geloven, zoveel als we verwachten, zoveel ontvangen we ook.


De zwijgende Zacharias heeft iets liefelijks. Hij krijgt tijd om te wennen aan het nieuwe dat komt. De tijd mag zwanger worden. Er over praten lukt Zacharias niet. Tot het nieuwe leven geboren wordt. Als verwachten overgaat in zien.