Onrust over pastorie

De pastoriebewoners in diverse plaatsen in Overijssel en Flevoland dreigen onevenredig getroffen te worden door de nieuwe financiële afspraken van het georganiseerd overleg van predikanten. De Bond van Predikanten, die deelneemt aan het georganiseerd overleg, heeft daarom nader overleg aangekondigd om over de aanpassingen te spreken.

Er is een wijziging doorgevoerd rond de woonbijdrage van predikanten die een pastorie van de kerk bewonen. Dat heeft de nodige vragen opgeleverd. Verschillende predikanten hebben de vragen neergelegd bij de classis. De classis Overijssel-Flevoland verwijst briefschrijvers door naar de Bond van Nederlandse Predikanten, die namens de predikanten het arbeidsvoorwaardenoverleg voert en die inmiddels heeft aangekondigd het overleg op de pastoriekosten te heropenen.

Om welke aanpassingen gaat het? Bij een inspectie van het pensioenfonds bleken de kerken een uitzonderingssituatie in te nemen in het pensioenreglement. Er is sprake van woongenot waarvoor niet (voldoende) betaald wordt, zo luidde de redenering. Dus: òf er dient voldoende voor het woongenot betaald te worden, aldus de analytici, òf er dient extra pensioenpremie te worden afgedragen. Punt is dat de waarde van het woongenot afhankelijk is van de waarde van het huis. Hoe bepaal je nu een redelijke maatstaf voor ‘genoeg betaald’? Er is voor gekozen die waarde aan te haken bij de WOZ-waarde. Naar nu blijkt kan de nieuwe systematiek op individueel niveau soms tot een verdubbeling van de woonlasten leiden en dreigt het een aantal pastoriebewoners te dwingen naar een andere woongelegenheid om te zien.

De vereniging van kerkrentmeesters erkent dat op de website. ‘Het zal hier en daar tot heroverweging dienen te leiden over de vraag wat 'passend wonen' betekent voor een predikant met een redelijk normaal middenklasse-inkomen’. Men stelt dat inmiddels zo’n 40 % van de predikanten een eigen woning bewoont. ‘Het is tijd om ons diepgaander te bezinnen over de vraag of we beide ‘plichten’ niet gewoon dienen los te laten. Mobiliteit en flexibiliteit is algemeen geworden, ook onder ‘gewone’ burgers’.


Predikanten, onder wie diverse in deze regio, beleven de maatregelen anders. Ze vrezen huizen te moeten verlaten waar ze ambtshalve al geruime tijd wonen. Dergelijke huizen zijn representatief en geven allure aan het wonen, maar brengen tegelijk eigen lasten met zich mee aan energiekosten en aan de noodzaak om representatieve taken ruimte te bieden. Neem de royale pastorietuin in Diepenveen. De tuin is een genot om naar te kijken. Dat doen passanten dan ook, met consequenties voor privacy. De tuin is tegelijk het decorum voor de jaarlijkse fancyfair en een tuindienst die er periodiek wordt gehouden. Kortom: het is te kort door de bocht, menen onder meer diverse predikanten, om te doen alsof het huis van een dominee die daar ambtshalve woont te vergelijken is met een huis wat een leraar scheikunde, die misschien in dezelfde salarisschaal valt, voor zichzelf aanschaft.

Op de website heeft de Bond laten weten dat ze de onrust serieus neemt. In het georganiseerd overleg predikanten werkt men aan een bijstelling om te voorkomen dat een groep predikanten onevenredig getroffen wordt. De inzet van de Bond is gericht op nadere besluitvorming die in de kleine synode van 22 maart aan de orde moet komen. Men richt zich met name op het stellen van een ondergrens en een bovengrens. Zo kan het inkomensverlies bij de duurdere pastorie beperkt blijven, zegt de Bond. Daarnaast kunnen compenserende maatregelen soelaas bieden. ‘We streven naar een aangepaste regeling binnen enkele maanden’, aldus de Bond, ‘maar de uitkomst van het overleg is onzeker’.


Wil je meer weten:
Zie voor een kerkrentmeesterlijke benadering:
https://kerkrentmeester.nl/verandering-woonbijdrage-predikant-pastorie
En voor een benadering vanuit de predikanten zie:
https://predikanten.nl/pastorie-en-pensioen-stand-van-zaken/

Foto: Pastorietuin in Diepenveen