Kerkdienst RTV-Oost vanuit Heino

RTV-Oost heeft zondag 15 maart een live-registratie verzorgd van een kerkdienst in de Nicolaaskerk in Heino. Voorgangers waren ds. Hans van Solkema, voorzitter van de classis Overijssel-Flevoland en predikant in Heino, en diaken Marc Brinkhuis werkzaam in plaatsen als Raalte, Deventer en Enter. Wilt u de dienst terugkijken? Klik hier. 

De afspraken met RTV-Oost zijn pas vrijdag in de loop van de dag gemaakt om een live-registratie te verzorgen. Ds. Hans van Solkema heeft de eigen dienst aangepast, zodat het als viering in de regio een rol kon spelen. Diaken Marc Brinkhuis is gevraagd om het oecumenische karakter te benadrukken. In de dienst zelf waren diverse maatregelen genomen om aan te sluiten bij de eisen van hygiëne. Te voren was gevraagd aan mensen om eventueel af te zien van een bezoek, zodat er geen grote aantallen kerkgangers zouden zijn. De banken waren om en om gereserveerd en bezoekers werd gevraagd een armlengte afstand tot elkaar te houden. Aan het begin van de dienst maakte ouderling van dienst emeritus-predikant Ferry Buitink een knikje met het hoofd, terwijl zijn hand op het hart rustte. De twee voorgangers maakten een zelfde beweging. De collecte vond plaats met een hengel. Dat is overigens ook gebruikelijk in Heino als er geen virusdreiging is. 

Om het oecumenische karakter te benadrukken verzorgden de twee voorgangers samen de gebeden en de zegen aan het eind. Marc Brinkhuis bouwde in de slotgebeden tekst in van de bisschoppen om de verbinding te leggen met het geheel van zijn kerk. Het protestantse karakter kwam onder meer naar voren doordat de liederen afkomstig waren uit de jongste protestantse bundel.  

In het breed-moderamen van de classis was te voren (vrijdag) gesproken over de bijna kerkdienstloze zondag. De preses liet toen al weten moeite te hebben met het stopzetten van de lofprijzing. Er is dan ook een advies uitgegaan aan alle kerkenraden om zoveel mogelijk digitale middelen in te zetten om diensten thuis toegankelijk te maken en er is contact gezocht met RTV-Oost en Omroep Flevoland om te vragen of er op zondagochtend via de regionale televisie een weergave kon zijn. RTV-Oost heeft regelingen getroffen zodat de dienst vanuit Heino kon plaatsvinden en Omroep Flevoland heeft een dienst uitgezonden vanuit het Kerkje aan de Zee op Urk. Voorganger daar was ds. Jannes Hoekman. 

De volgende liederen werden gezongen in Heino (2013, Liedboek zingen en bidden in huis en kerk): 

Psalm 25: 7, 8 
Lied 311
Lied 605
Lied 542
Lied 837
Schriftlezingen: 
Exodus 17: 1-7
Johannes 4: 5-15

Hieronder is de integrale tekst van de verkondiging van ds. Hans van Solkema opgenomen. 

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, mensen van God,

Ons land verkeerd in een diepe crisis vanwege de dreiging van het oprukkende coronavirus. Ook in de lezing van vanmorgen gaat het over een crisis, de dreiging van de dood midden in het leven. We kunnen ons, denk ik, in deze dagen heel goed de angst en de wanhoop van de mensen in de woestijn voorstellen. Op weg naar het beloofde land, midden in die woestijn, wordt het volk overvallen door een aanhoudende droogte. Er is geen water meer en de mensen hebben een vreselijke dorst. We kunnen ons goed voorstellen dat in zo’n situatie de mensen de angst om het hart slaat. Hoe gaat dit verder, hoe zal dit aflopen.

Het is dezelfde angst die velen van ons vandaag voelen bij het coronavirus. De berichten in de media stellen niet gerust. Gaat Nederland dezelfde kant op als Italië? Lukt het ons om het virus onder controle te houden en waar zal dat alles eindigen? De situatie bij ons is nijpend en dat was het voor de mensen in de woestijn ook. Niemand van hen had dit verwacht, het kwam als een donderslag bij heldere hemel, zoals ook het virus voor ons als een donderslag bij heldere hemel kwam. Het leek allemaal zo goed te gaan.

De mensen waren na de uittocht uit Egypte vol goede moed aan hun tocht door de woestijn begonnen op weg naar het land van melk en honing, dat land waar ze het goed zouden hebben. Hoewel ze daar nog niet waren en de tocht dwars door de woestijn ging waren ze niet ontevreden. Weliswaar was de woestijn geen ideale plaats om in te leven, maar het was in ieder
geval al een stuk beter dan toen ze nog in Egypte waren en hard moesten werken als slaven voor de farao. Ja, het leven in de woestijn was tot nu redelijk te doen, maar dit hadden ze niet verwacht. Droogte, dorst. Vol vertrouwen vragen ze eerst nog aan Mozes, hun leider, of hij hen te drinken wil geven. Maar dat is iets te gemakkelijk. Ook Mozes weet niet zo gauw wat hij met die vraag om water moet beginnen. Op dat moment zie je dat de mensen die vol goede moed aan deze tocht begonnen waren nu toch beginnen te twijfelen. Mozes voelt dat ook en het lijkt erop dat hij hun vraag om water ook opvat als een verwijt aan zijn adres, ja sterker nog Mozes werpt de mensen voor de voeten dat ze geen vertrouwen meer hebben in hun God. Met jullie vraag stellen jullie God op de proef, zegt hij. Het is een hard verwijt dat Mozes maakt en het voelt niet helemaal goed. Het is alsof je mensen nu in onze tijd zou verwijten dat ze geen vertrouwen hebben.

Kun je dat mensen kwalijk nemen? Je vraagt je af: heeft Mozes wel begrepen hoe het volk zich voelt? Heeft hij de diepte van hun angst wel gepeild, hun wanhoop? Want laten we eerlijk zijn, Mozes kan het volk wel verwijten dat het geen vertrouwen heeft, maar ondertussen ziet de situatie er ook niet best uit. Er is “nu" immers geen water en “nu” is er dorst. Wie weet zijn de eerste slachtoffers al gevallen. Mozes en het volk zijn in een situatie terecht gekomen waarbij de communicatie niet
meer helemaal optimaal verloopt. Er is een sfeer van verwijten ontstaan en dat lijkt zelden tot een vruchtbaar gesprek en dat zie je ook hier. Als reactie op Mozes antwoord maken de mensen op hun beurt Mozes verwijten. Ze zeggen tegen hem: waarom ben jij met ons aan deze tocht begonnen? Was het jouw bedoeling dat we hier zouden sterven met onze kinderen en ons vee? Want wat de mensen doen is dat ze in feite de schuld voor de situatie waarin ze zich bevinden helemaal alleen bij Mozes leggen alsof de hele uittocht uit Egypte alleen zijn idee was. Ze stellen het zo voor alsof ze eigenlijk slachtoffers zijn van Mozes eigenmachtig optreden. Maar zo zit het natuurlijk niet. De mensen hadden in Egypte zelf regelmatig geroepen om de vrijheid. Ja, het geklaag om de hardheid van hun bestaan in Egypte had zelfs de oren van God bereikt. Het was door hun eigen geklaag dat God Mozes riep om voor het volk een leider te zijn die de mensen zou helpen bij de uittocht uit Egypte. Het was dus niet alleen Mozes idee, nee ze waren er zelf volop bij betrokken.

Dat patroon, dat je een ander verwijten maakt voor de situatie waarin je zit, zien we ook nu terug. We zoeken vanuit onze wanhoop een schuldige, een zondebok. Zo worden hier en daar Chinese landgenoten genoemd als de veroorzakers van de ziekte. Het virus mag dan wel in China uitgebroken zijn, maar om nou te zeggen dat de chinezen het veroorzaakt hebben.
Hetzelfde zien we bij de verwijten aan Europa waarbij wordt gezegd dat de Europese regeringen niet genoeg maatregelen hebben genomen om het virus tegen te gaan. Ook hier speelt het ordinaire mechanisme van het zoeken naar een zondebok zodat je de verantwoordelijkheid buiten je eigen deur kunt houden.

Het verwijt dat het volk aan Mozes maakt, is in ieder geval niet terecht, maar vanuit hun wanhoop doen ze het wel. En de grimmigheid waarmee dat gebeurt, maakt Mozes bang. Hij is bang dat de mensen hem nog eens zullen lynchen. Zo zegt hij het ook tegen God: als ze nog even doorgaan dan zullen ze mij stenigen. Ik zei al: wij kunnen ons de angst en wanhoop van het volk goed voorstellen, maar ik kan mij ook goed voorstellen hoe Mozes zich onder dit alles gevoeld moet hebben. Je voelt bij Mozes ook iets van frustratie, van onmacht. Je proeft dat hij uitroept: wat moet ik met dat volk beginnen? Ook voor Mozes is het moeilijk, want hoe geef je leiding aan mensen die het vertrouwen kwijt zijn. Ik moest daarbij ook denken aan
onze regering. Hoe moeilijk moet het voor regeringen in deze tijd van crisis wel niet zijn om maatregelen te nemen. Want, wanneer doe je het goed? De maatregelen die nu genomen zijn gaan heel ver, maar volgens anderen ook weer niet ver genoeg. Scholen wel of niet sluiten. De een is er blij mee, de ander zegt dat we daarmee alleen nog maar verder van huis zijn. Hoe geef je daar leiding aan? Je zou er bijna het bijltje bij neergooien, maar dat is voor Mozes geen optie. Ze zijn als volk samen op weg gegaan en zullen nu ook samen verder moeten gaan. Een weg terug is er niet meer. Egypte ligt voorgoed achter hen.

Maar hoe dan verder? Wat hebben de mensen nodig om een keer te brengen in hun angst en wanhoop. Ik denk dat dat twee dingen zijn. Om door te gaan op de weg ze ingeslagen zijn, zijn motivatie en vertrouwen wat je nodig hebt. Beiden heb je nodig om verder te komen en aan beiden lijkt het te ontbreken bij de mensen in de woestijn. Want als je ergens niet voor gemotiveerd bent, ja, dan wordt het lastig om in beweging te komen. Dan is het net alsof een dokter tegen je zegt je een gezondere levensstijl moet aanmeten omdat het anders risico’s loopt. Zolang je dat nog niet echt voelt kan het zijn dat je
denkt dat het allemaal wel losloopt En als dat zo is dan ben je niet erg gemotiveerd om te veranderen. Die motivatie komt pas als je eerst aan den lijve hebt ondervonden wat het met je doet, bijvoorbeeld na de eerste hartklachten. Ineens kun je dan wel gemotiveerd zijn en elk middel willen aangrijpen om je levensstijl te veranderen. Welnu, het lijkt er op alsof het volk in de woestijn de motivatie kwijt is. Toen ze nog in Egypte zaten, toen ze nog onderdrukt werden en hard moesten werken, ja, toen was de motivatie nog heel hoog, maar nu in de woestijn de druk er af is, is de motivatie om door te gaan heel wat minder. Ja, bijna vergeten ze waar het ook al weer om ging een leven in vrijheid.

Bij ons is nu precies het omgekeerde aan de gang. Een paar weken geleden was in Nederland de motivatie om maatregelen te nemen nog heel laag. De sfeer was zelfs nog wat lacherig. Het corona-virus, ach, dat was iets wat zich ver van ons bed afspeelde. Inmiddels is dat helemaal gekanteld en is het tot ons doorgedrongen dat ook wij er midden in zitten. De motivatie om nu passende maatregelen te nemen is heel hoog. Het andere dat nodig is om verder te komen, is vertrouwen. En ook daar schort het aan bij de mensen in de woestijn. Als je geen vertrouwen hebt of je iets wel kunt, of je het wel kunt volhouden, ja dan ben je al snel geneigd om het op te geven: ik kan het toch niet, zeggen we dan, het is een verloren zaak, laat het virus maar uitwoeden. Mozes ziet dat gebrek aan vertrouwen en hij maakt het volk daarover zelfs een verwijt. Maar of dat terecht is: vertrouwen is ook iets wat je gewoon hebt of niet. Dat is natuurlijk waar, maar vertrouwen komt je ook niet zomaar aanwaaien, vertrouwen moet je opbouwen, ook uit eerdere ervaringen. En daarom is Mozes misschien ook wel zo gefrustreerd.

Als het volk had terug gekeken op de weg tot nu toe dan hadden ze kunnen zien dat de tocht uit Egypte door de woestijn met hulp van God toch gelukt was. God had het hen toch geholpen bij de doortocht door de Rode Zee, God had het toch voor een tweede geholpen toen er honger was in de woestijn en dan mag je er toch vanuit gaan dat God dat nu ook weer zal doen. En inderdaad krijgt Mozes de opdracht om met zijn staf op de rots te slaan zodat er water stroomt en het volk kan drinken. Dat moet helpen om hun vertrouwen te voeden dat de weg die ze gaan te doen is. 

Lieve mensen, het volk is bang, wij zijn bang, hoe zal de weg verder gaan, komen we er doorheen, hebben we daar vertrouwen in? Wat het volk nodig heeft, wat wij nodig hebben zijn de verhalen die ons motiveren om een toekomst te blijven zien altijd weer, en verhalen die ons vertellen dat we vertrouwen mogen hebben, vertrouwen dat het ons lukt, vertrouwen dat
voorkomt dat we bij de pakken neer gaan zitten. Daarom vertellen telkens weer opnieuw dat verhaal van het volk dat veertig jaar onderweg was door de woestijn om uiteindelijk aan te komen in het beloofde land. Daarom richten we ons op Jezus, die voor ons een blijvende bron wil zijn, een bron die niet opdroogt, die water geeft waarvan we nooit meer dorst krijgen. Al die verhalen vertellen ons dat we ook in deze tijd van vandaag mogen vertrouwen op een God die met ons meetrekt, die er wil zijn voor ons, op een God die voor ons een bron van leven wil zijn. Moge dat ons sterken en troosten.

In de Naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Amen. 

Foto's:
Boven: Ds. Hans van Solkema zit in één van de kerkbanken om een interview te geven aan RTV-Oost-televisie.
Onder:
1. Een kerk met 22 bezoekers (dus bijna leeg en de bezoekers op veilige afstand van elkaar) wonen de dienst bij met links ds. Hans van Solkema en rechts diaken Marc Brinkhuis, beiden in witte toga met paarse stola.
2. Enkele van van de bezoekers met het orgel op de achtergrond waarop Jos Mulder speelde. 
3. Het bloemstuk in de dienst met witte bloemen en water en een witte duif. 
4. De regiewagen van RTV-Oost.
5. Twee auto's als stille getuigen bij een plein dat dit keer nagenoeg zonder auto's bleef.